In Amsterdam werd op 14 september tijdens een druk en spetterend lanceringsfeest het Little Black Hair Book gepresenteerd door de trotse auteurs Sandra Sprott en Janice Deul.
Wie is er ooit volledig tevreden geweest over zijn haar? Ik ken er weinigen. Nou ja ..mannen geven er misschien iets minder om dan vrouwen -al herinner ik me dat één van mijn eerste vriendjes standaard met een kam op zak liep en geen spiegel oversloeg. Er werd dan ook in mijn omgeving altijd druk gekruld of juist ontkruld, gestyled geknipt en gekleurd. Dat het voor mensen met black hair nog lastiger was, begreep ik toen ik er met vriendin Carla van Dokkum over sprak. Ik vond haar weelderige bos geweldig maar zelf had ze toch wat andere ideeën over haar prachtkrullen.
Carla: “Krullen? Had ik die maar. Nee, wat ik heb is puur kroeshaar; of zeg maar pluishaar. Wat een ellende. Mijn adoptiemoeder wist niet wat ze er mee aan moest en borstelde het waardoor het inderdaad een soort plumeau werd. Op jeugdfoto’s zie ik er dan ook niet uit. Ook zat het altijd in de knoop. Zij kamde het dan in één ruk ‘van boven naar beneden’ en ik krijste het uit, zo hard dat de buren kwamen kijken. Ik droomde van blond haar ‘want dat is stijl…’ Vanaf de tijd dat ik er zelf wat over te zeggen kreeg, experimenteerde ik me gek. Zat uren bij de kapper om het te laten ontkroezen, probeerde m’n haar te strijken, deed alles om het glad te krijgen. Ik kocht een kam met hele grote tanden. Lees: een hele hele LX3 kam, die je nergens kan krijgen. Die ene die ik nu heb, is mijn tweede kam in mijn hele leven. Het is (bijna) mijn kostbaarste bezit. Het enige voordeel is misschien dat ik als ik m’n haar heb gewassen met een natte kop kan slapen. Dan zit het de volgende dag het beste.”
En ook vriendin Shari van den Hout weet erover mee te praten:
Shari : “ Zou er één zwarte vrouw zijn die bij het woord ‘haar’ niet lacht of zucht? En vervolgens de ene na de andere anekdote met je deelt. Zelf draag ik m’n haar al drie jaar kort & lekker pittig. Kort & pittig als eufemisme voor ‘natural’, wat weer een eufemisme is voor haar zoals je het bij je geboorte mee kreeg. Going natural gaat meestal niet van de een op de andere dag. Die reis is voor iedere vrouw anders. Maar als ik de verhalen uit mijn 40+ vriendinnenkring bij elkaar breng, herkennen we allemaal zo’n beetje dezelfde fasen bij elkaar.
Rond je 10e je er van bewust worden dat die vlechten met strikjes en speldjes echt niet meer kunnen. En dan is daar de eerste keer in de kappersstoel voor de transitie van virgin naar straight hair. Een emotioneel moment, je woeste bos kroes ziet veranderen in ‘goed haar’: haar zoals je barbiepop had, haar zoals Europese vrouwen hebben, haar dat jou representatief maakt op de arbeidsmarkt. Dat daar de nodige nogal zware chemie bij komt kijken, mag de pret niet drukken. En dat straight hair absurd veel meer verzorging en geld vraagt dan die belachelijke strikjes mag ook geen deal breaker zijn. Vele jaren, brandwonden en haaruitval later treedt fase 2 in: dit haar heeft rust nodig!
Keuze genoeg in deze tweede fase: weave, nepvlechten, pruik, keratin treatment, kinderrelaxer of andere ‘I just can’t go cold turkey’ uitwegen. Dan komt de fase waarin het verstand de zaak volledig wil overnemen, we tegen de 40 aanlopen en identiteit, authenticiteit en meer van dat alles overheersen: hoezo ‘goed haar’!? Geen vriendinnenborrel of het onderwerp ‘to go natural or not’ wordt met wit of rood weggespoeld. Daarbij kijken we met een mengeling van weerstand en diepe bewondering naar vrouwen zoals Jetty Mathurin, Sylvana Simons, Milouschka Meulens en Shay Kreuger: wat zijn ze mooi als naturals! Om dan geheel irrationeel te concluderen dat zoiets niet voor iedere zwarte vrouw is weggelegd. Fase 3 is de beslissende fase. Een groot deel keert terug naar de haat-liefde relatie met de chemie. Een ander deel stort zich in een spannende blind date op natural. Drie jaar geleden hakte ik die knoop door. Wat een bevrijding! Niet meer afhankelijk zijn van zware chemische producten, niet meer kijken naar vrouwen waar ik toch voor geen meter op lijk. En financieel ook zo rendabel: minder tijd kwijt aan haarverzorging en minder geld uitgeven aan straightners. Gewoon kort & pittig! Enig minpunt is de omzetderving die mijn kapper –daar krijg je toch een band mee- incasseerde.”
Kortom Black Hair is een uitdaging en verdient zeker een boek! Het was dan ook afgeladen druk op het lanceringsfeest met veel Black Hair in veelal jaloersmakende creaties. De ‘blondjes’ zoals ikzelf vielen wat in het niet bij zoveel haarweelde. Diversity Rules is het motto van de (mede)schrijfster Janice Deul en dat kwam goed tot uiting op de feestavond waar Black- Blond en BN-er Hair allemaal vrolijk door elkaar liep. Van Trijntje Oosterhuis tot Diana Matroos tot aan Andrea van de Pol, het was een bont gezelschap. Zo ook in het boek zelf.
Het voorwoord is van redhead Harriet Calo en de pagina’s erna worden gevuld door een keur aan Blackhair BN-ers, mensen uit de Black Hair Business en andere Blackhair specialisten. Mooie foto’s geven inspiratie en mooie verhalen zorgen voor herkenning dan wel begrip.
De zusjes Marga en Simone Weimans, Agnes Hofman, Amanda Rijff, Sylvana Simons en vele anderen vertellen over zaken als verzorging, ervaring, haar-heldinnen en geven tips. En ook heren komen in het boek aan bod! Al met al een mooie aanwinst voor iedere Black Hair bezitter, maar ook voor mode- en styleliefhebbers in het algemeen en mensen met een warme interesse voor diversiteit!
About the authors
Sandra Sprott is freelance creative producer and blogs about black hair on her popular site www.sprottje.com.
Janice Deul is freelance lifestyle journalist and makes a statement by standing up for more ‘color’ in Dutch media on her platform Diversity Rules.
Both authors are frequently asked to sit on panels and participate in discussions and interviews on black hair, beauty and black lifestyle.
Little Black Hair Book | By Sandra Sprott & Janice Deul | Photography: Martika de Sanders | Graphic design: Skybox.org | Publisher: De Boekfabriek